wie waren de bewoners van het pand Miedwei 5 te Brantgum? (de ald Miedhoeke)
Registratie van het reeelkohier, een belasting op de huurwaarde,waarbij de eigenaar en gebruiker worden genoemd. De jaarlijks bijgehouden kohieren lopen van 1713 tot 1805.
De eerste kohieren geven wel een grondpacht aan voor de pastorie (eigenlijk de dominee) van Waaxens, maar geen huis.
Dit zou kunnen betekenen dat er voor 1713 reeds een woning stond.
Het valt op uit de kerkelijke stukken dat het eigendom aan de kerk van Waaxens behoort en niet aan Brantgum. Het is bekend dat de kerk van Waaxens een hele boerderij te Brantgum bezat, misschien is de grondpacht (ook voor Miedwei 3 te Brantgium eigenaar Bernhard de Vries ) die tot 1970 moest worden betaald daarvan ook afkomstig is.
De boerderij wordt meestal door de eigenaar zelf bewoond.
In 1728 staat er voor het eerst"huisstede" en in 1741 komt er nog meer verandering. Niet alleen is Jan Hendriks de nieuwe eigenaar maar voor het eerst staat er niet meer "huisstede" maar huis, waarbij stede is doorgekrast wat wel duidt op een tot stand gekomen verandering. Dit alles wijst op 1741 als bouwjaar van het huis.
Dat er reeds sprake is van vroege bebouwing en of bewoning in dit deel van Brantgum kan mogelijk worden bevestigd door een vondst bij het pand Miedwei 9 te Brantgum door dhr. Johannes van Duinen in 1990 van een munt uit 1534. De eigenaar van Miedwei 9 te Brantgum bezat reeds vroeg stemrecht zo vertelde wijlen de heer Rinse Wiersma enkele jaren geleden.Rinse Wiersma (oud koster van de Herv.Kerk te Brantgum) was geboren in begin 1900 te Brantgum en mag als kenner gezien worden van "oud Brantgum".
Reeelkohier uit 1713: Jan Mevis geeft grondpacht aan de Pastorie van Waaxens 1 cg en 15 stuivers.Reeelkohier nummer 6 uit 1775: Wopke Jans is eigenaar, Jitse Douwes wordt als huurder vervangen door Pytter Jans, de huurwaarde gaat van 28 cg naar 20 cg. De grondpacht is nog steeds 1 cg en 15 stuivers.
Een inventaris van de goederen van de Pastorie van Waaxens uit 1835. (bron archief hervormde gemeente in verband met grondpacht)
Hieruit blijkt dat:
-"Een dito van de Wed. Izak Klazes Ytsma-een gulden en zeventig cents, te Brantgum nummer 5". (eigenlijk zou het f1,75 moeten zijn).
De grondpacht is er in 1886 nog steeds: inkomsten pastoriegoederen Waaxens, nummer 2: J.W.Terpstra, Brantgum f1,68. Wanneer deze grondpacht is afgekocht of dat deze nog steeds bestaat is niet bekend. Uit de koopakten, ingeschreven in de proclamatieboeken van de v.m. gem.Westdongeradeel blijkt dat onder 7a: "Jan Hendriks en Doetje Lammerts, echtelieden te Brantgum (toestemming vragen) op de koop van een huisinge, schuirke en hoving staande en gelegen voorszegde dorpe Brantgum bij Mevis Jans cum uxore (en zijn echtgenoot) wordende bewoont, op den 12 may 1742 vrij van huijringe".
Het huis wordt gekocht van Jan Rinses en Jacob Gosses als armvoogden van Brantgum voor 143 goudgulden en moet in drie termijnen betaald worden in mei 1742, 1743 en 1744.
Volgens de reeelkohieren wordt het huis pas in 1740 gebouwd. De vraag komt dan ook naar voren zouden die armvoogden dat huis dan in 1742 al weer verkopen? De armvoogden van Brantgum hebben een huis in bezit waarop grondpacht rust van de predikant van Waaxens!
Er is dan ook maar een conclusie mogelijk het huis moet in 1740 wel zijn gebouwd op een plaats waar eerder een huis stond. Dit wordt bevestigd door de afd.kerk.zaken van het archief van de v.m.gem.Westdongeradeel.
-Antje Eelkes huisvrouw van Wopke Jans onder Bornwird gesterkt een met consent en appbatie van deselve haer man bekent en verklaart bij desen publijck bij strijckgeld verkocht en in eigendom te hebben overgedragen gelijk doe bij desen aan Pijtter Jans en Sara Gerrijts, echtelieden onder Brantgum, seekere mijne huisinge, schuirke en stalling, mitsgaders hovinge, bomen en plantagie cum annexis" Het huis wordt verkocht voor 250 goudguldens. Wopke Jans huurt te Bornwird een boerderij van Harinxma thoe Slooten. (WD 167, blz.92)
-"Tjerk Sybes en Sieuwke Douwes bekennen aan Sara Gerrijts schuldich te zijn de de zomma van 400 cg,weegens koop van een huizinge en hovinge cum annexis staande te Brantgum". Er moet 6% rente betaald te worden tot de volledige aflossing, die plaatsvindt op 16 maij 1805. Afgeleid kan worden dat Sara Gerrijts de genoemde som niet mag behouden maar 300 moet geven aan Thomas van Foudgum en Johannes Gosses van Brantgum.
- Als in 1749 het Quotisatiekohier wordt opgemaakt wordt onder Brantgum ook vermeld: Jan Hendriks weduwe, arbeidster, gezin van 1 persoon boven 12 jaar en 1 persoon onder de 12 jaar, vastgestelde belasting : 6 cg - 5 stuivers - 6 oorden bewoners van Miedwei 5 te Brantgum.
Vanaf deze datum vestigen zich de huidige eigenaars de familie Bos.